BLOG: Geluk zit niet in een contractvorm

BLOG: Geluk zit niet in een contractvorm

In mijn vorige column sprak ik onder andere over de mismatch op de arbeidsmarkt. Er is geen krapte, was mijn betoog. Het is mijn overtuiging dat we de uitdagingen van ‘nu’ niet te lijf moeten met de oplossingen van gisteren. Daarom is het van belang om oude denkpatronen los te laten op zoek naar oplossingen voor de toekomst.

Ik ben er van overtuigd dat iedereen gelukkig wordt van de juiste baan. En als je mensen vraagt waar de juiste baan aan moet voldoen, krijg je veelal vergelijkbare antwoorden: ‘Ik moet ervan kunnen leven uiteraard. Ik moet me kunnen ontwikkelen. Ik vind het belangrijk dat er flexibiliteit wordt geboden. Ik wil me gewaardeerd voelen. Ik wil worden uitgedaagd. Het moet goed voelen.’ Enzovoorts.

Herkenbare antwoorden denk ik, niks opvallends. Wat me wel opvalt is dat de term ‘contract’ nooit onderdeel uitmaakt van het antwoord op de vraag waar de juiste baan aan moet voldoen. Uiteraard moeten de afspraken tussen werkgever en werknemer correct worden vastgelegd, in termen van beloning en beloofde prestatie, maar de vorm van het contract is geen thema dat bepalend is voor geluk in het werk.

Toch zijn contracten nog steeds een thema voor discussie. Ook al voelen we allemaal aan dat daar de oplossing niet zit. Nu is het doel van het kabinet: ‘vast minder vast en flex minder flex.’ Is dat, gecombineerd met de kruislingse mismatch, niet het bewijs dat we ‘zekerheid’ niet moeten zoeken in contractvorm?

Hoe zou het zijn als we zouden matchen op missie, waarden en ‘hoger doel’? In de huidige conjunctuur hebben werknemers meer te kiezen. Laat het dan de uitdaging van werkgevers zijn om kleur te bekennen en echt te laten zien wie ze zijn en waar ze voor staan, wat ze willen betekenen in de maatschappij.

Zo kan iedereen kiezen waar zij of hij zijn capaciteiten voor beschikbaar wil stellen. We kiezen dan als werknemer voor een doel en werken samen totdat dat doel bereikt is. Op projectbasis. Soms duurt een project een dag, soms tien jaar. En wie weet werk je op bepaalde momenten wel aan twee projecten tegelijkertijd, niet per se bij dezelfde werkgever.

Gaandeweg word je dan steeds bekwamer dankzij de ervaringen die je opdoet, dwingt het bedrijven om maatschappelijk verantwoord te werk te gaan als ze nog goeie mensen willen krijgen en kun je flexibel zijn in waar je je inkomen vandaan haalt.

Maar je weet in ieder geval dat er altijd wel iets interessants te doen is. Met gelijkgestemden en met impact. Niet met de zekerheid van een contract voor het leven, maar wel met het vertrouwen en de garantie dat je je geld kunt verdienen met de juiste baan. Het vraagt om loslaten van oud denken, maar het opent veel zinvolle mogelijkheden voor de toekomst.


Lees verder: 
‘De kruislingse mismatch is een interessant fenomeen. Enerzijds willen werkgevers hooggeschoold personeel met vaste contracten aan zich binden, terwijl deze medewerkers de voorkeur geven aan flexibiliteit. Anderzijds willen werkgevers lager geschoold personeel flexibel inhuren, terwijl deze groep werknemers juist wel behoefte heeft aan een vast contract.’ Volgens Roger Holtus is er geen krapte. 

Is het nog wel van deze tijd om over een tegenstelling tussen vast en flex te spreken? In de blog ‘De longen van de economie’ vraagt Roger Holtus zich af of het niet beter is te denken in termen van duurzame inzetbaarheid. 

In de Reflex, het magazine van brancheorganisatie ABU, reageert managing director Roger Holtus op de stelling: ‘Rutte III geeft geen vertrouwen in de toekomst’. “Vertrouwen in Rutte III? Dat is lastig te zeggen, want qua visie op de arbeidsmarkt is het regeerakkoord vlees noch vis.”