Geplaatst op 29 september 2022
Prinsjesdag 2022, oftewel de ‘Derde Dinsdag in September’, de dag waarop het kabinet haar plannen voor het komende jaar presenteert, stond dit jaar in het teken van grootschalige koopkrachtreparatie, steunpakketten en het tijdelijke prijsplafond voor gas en elektriciteit. De omvang van het pakket aan maatregelen is ongekend groot. Maar liefst 17 miljard Euro heeft het kabinet gereserveerd om de koopkracht van Nederlanders te repareren. Een onderdeel van het totale pakket aan maatregelen is dat werken lonender moet worden. Het kabinet wil dat doen door het tarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting te verlagen en heffingskortingen te verhogen. Ook toeslagen als kinderbijslag en het kind gebonden budget gaan omhoog.
De uitdagingen op de arbeidsmarkt werden in de Troonrede slecht beperkt benoemd. Het kabinet vindt dat een vaste baan de norm moet zijn en werkt daarom aan een nieuwe balans tussen vaste en flexibele contracten. Deze uitspraak is in lijn met de eerder gepresenteerde plannen om de arbeidsmarkt toekomstbestendiger te maken. Hoe dat er concreet gaat uit zien moet de komende maanden gaan blijken.
Onderstaand zetten we de belangrijkste gevolgen van de kabinetsplannen op een rij:
Inkomen uit werk en woning (Box 1): het tarief in box 1 wordt verlaagd van 37,07% naar 36,93% tot € 73.071. Door deze verlaging houden werkenden maximaal € 102 per maand meer over.
Heffingskortingen: de algemene heffingskorting gaat naar € 3.070 (was € 2.888) en de maximale heffingskorting stijgt naar € 5.052 (was € 4.260).
Minimumloon: per 1 januari 2023 stijgt het minimumloon met in totaal 10,15%. De uitkeringen die aan het minimumloon zijn gekoppeld, zoals de bijstand, Wajong en AOW, stijgen mee.
Reiskostenvergoeding: met ingang van 2023 gaat de onbelaste reiskostenvergoeding omhoog van € 0,19 naar € 0,21 per kilometer. Een jaar later gaat deze naar € 0,22.
Werkkostenregeling (WKR): de vrije ruimte in de WKR wordt per 1 januari met 0,22% verhoogd naar 1,92% voor de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom.
Thuiswerkkostenvergoeding: werkgevers kunnen hun medewerkers vanaf 2022 een onbelaste vergoeding van maximaal € 2 per thuisgewerkte dag of deel daarvan geven voor de kosten van thuiswerken.
Bijtelling elektrische auto’s: de bijtelling voor een elektrische auto van de zaak gaat tot en met 2026 stapsgewijs omhoog tot 22% van de catalogusprijs. In 2023 blijft de bijtelling 16%. De maximale cataloguswaarde waarvoor de verlaagde bijtelling geldt gaat van € 35.000 naar € 30.000. Vanaf 2026 is de bijtelling voor zowel elektrische-, benzine of dieselauto’s gelijk (22%).
Zorgverzekering: het verplichte eigen risico van € 385 blijft in 2023 gelijk. De zorgpremie zal naar verwachting stijgen met € 100 per jaar naar ongeveer € 1599 per jaar. De werkgeversheffing ZVW daalt in 2023 van 6,75% naar 6,68%. Het maximumbijdrageloon voor de ZVW gaat van € 59.706 (in 2022) naar € 66.952. Boven dit bedrag hoeft d werkgever geen heffing ZVW te betalen.
Pensioen: door de stijging van het minimumloon, zal ook de AOW uitkering volgend jaar met 10,15% verhoogd worden. De aanvullende pensioenen worden gemiddeld genomen geïndexeerd met 2,5%. De exacte verhoging zal per pensioenfonds verschillen, afhankelijk van de beschikbare ruimte.
De troonrede lezen? Ga naar Troonrede 2022 | Toespraak | Rijksoverheid.nl of kijk hier voor de Miljoenennota en Rijksbegroting. Miljoenennota, Belastingplan, begrotingen en bijbehorende stukken | Prinsjesdag: Miljoenennota en Rijksbegroting | Rijksoverheid.nl